Details van de route deel 3

C-Details-3

Deze beschrijving neemt je nog verder mee de tuin in. Als je deze pagina geopend hebt via een link in het verkorte route-overzicht, kun je via de Terugknop op je telefoon weer naar de verkorte rondleiding

21   Het pad waarop je loopt is een Tiendweg. Het gaat eigenlijk om de sloot, die naast de Tiendweg ligt. Onder een dijk sijpelt namelijk kwelwater door en komt dan ergens naar boven. Om overstromingen te voorkomen wordt dit water afgevoerd, dus een sloot gegraven. De modder wordt op de weg gegooid. Erg beloopbaar was die weg dus niet. Het verkeer ging meestal per boot (punter), dat was veel eenvoudiger. Bij Papendrecht ligt de Tiendweg vlak achter de dijk. Bij Nieuw Lekkerland, ligt de Tiendweg een stuk verder het land in, dat komt omdat het kwelwater pas verder in de polder naar boven komt. Je slaat linksaf.

5 Je ziet aan je linkerhand een weide. Wij maaien eenmaal per jaar en na 20 jaar is de grond al behoorlijk verschraald. Tevens zaaien we jaarlijks Ratelaar zaad, deze haalt zijn voedsel uit de graswortels, waardoor het gras steeds minder groeit. Er komen typisch Alblasserwaardse soorten voor, zoals Fluitenkruid, Smeerwortel, Valeriaan, Kattestaart, Distel en Koninginnekruid. Nu bloeien er zelfs een aantal Rietorchissen.

In de weide staat een voedselhoop voor uilen. Deze is opgebouwd uit takken van doornige struiken en er overeen maaisel. Hierin wordt – door middel van een PVC buis – graan gestrooid, daar komen muizen op af. De uilen kunnen daar dus hun prooi vangen.

Op de Hoogwaterpaal (links) staan jaartallen van overstromingen vanaf 1740 op 4,5 meter hoog. Zoveel water heeft er niet gestaan, misschien maar 50 cm. De overgebleven 4 meter zijn we gezakt (ingeklonken). De overstroming van 1953 is vlak bij de grond af te lezen. Achter je, in de wetering staat de “Laagwaterpaal” .

Het waterpeil staat onder de 2 meter NAP, of te wel onder de zeespiegel! Er is nu nog ca. 10 meter veen onder je voeten. Maar het veen zal door erosie nog 10 meter zakken. De uiteindelijke 12 meter onder NAP zal voor onze waterhuishouding grote problemen geven.

24 Aan de overzijde van het water zie je de Beestentoren. Hierin huizen allerlei diersoorten zoals een egel, wilde bijtjes; vleermuizen; vogels e.a.. Leuk om zoiets in je tuin te plaatsen. De bouwtekening is beschikbaar bij de NVWA

20 Als je doorloopt zie je de Eendenkooi aan je rechterhand. Achter in de polder werd een plas gegraven, de kooiplas met liefst 4 vangarmen, in elke windrichting één. Op de dijkjes er omheen ging bos groeien, dus een rustplek voor eenden. Langs de vangarmen werden rieten wanden geplaatst, waar de kooiker buitenom en zijn kooihondje – met een zwabberend staartje – binnen langs liep.

De kooiker koos de vangarm waar de wind vandaan kwam.  Hij gooide daar voer in het water. De kooieenden, de in de kooi geboren eenden, wisten dat en kwamen hierop af. Zij lokten de vreemde eenden, de trek-eenden uit het noorden, mee. Als de eenden ver genoeg in de vangarm waren, kwam de kooiker achter de schermen vandaan. De kooieenden vlogen dan terug naar de plas. De trekeenden stegen op, tegen de wind in, dus dieper de vangarm in. Aan het einde van de vangarm kwamen ze in een kist (de dood) terecht. Daar werden ze de nek omgedraaid, dus het spreekwoord: De pijp uitgaan. De eendenbouten waren voor eigen gebruik of werden verkocht in de steden.

16 Daarna rechts volgt het zoogdierenverblijf. Dat verblijf is voor egels, knaagdieren en marterachtigen.
Het is een opstapeling van stammen met een dak van maaisel. Ook de achterzijde moet tegen wind en vorst worden beschermd. Dit is interessant als je in jouw tuin bomen kapt, dan hoef je niets af te voeren.

23   Aan je rechterhand zie je een Kruidentuin. Hierin staan planten, die je veel tegenkomt in de tuinen van de Alblasserwaard. Veel eetbare- en medicinale planten kom je in de natuur tegen

14 Daarachter ligt de insectenmuur voor wilde bijen en wespen. Aan de rechterkant broeden solitaire bijen en wespen in de bamboe en andere holle stengels, dat zijn metselbijtjes. Aan de linkerzijde broeden ze in de (zand)grond en in de muren, die met zand zijn gevuld. Sociale bijen (honingbij) en wespen (limonade-wespen) broeden hier niet. Het verschil tussen wespen en bijen is, dat de wespen dierlijk voedsel voor de larven verzamelen en de bijen plantaardig voedsel, vooral stuifmeel. Volwassen bijen en wespen eten nectar. Rechts is een demonstratiekastje, daar kun je de eitjes of larven van de bijtjes zien liggen.

15 Aan je rechterhand ligt een rotstuintje met planten uit de Alpen zoals huislook, saxifrages, klokjes e.a. Er liggen ook mineralen uit Sauerland en Eifel.

Klik hier voor het volgende deel van de wandeling.